Inleiding

Het programma Participatie en Werkgelegenheid is één van de programma's waarin de drie decentralisatieopgaven in het sociale domein zijn geland. Dit programma richt zich op (maatschappelijke) participatie en de uitvoering van de Participatiewet.
Naast het hebben van betaald werk is maatschappelijke deelname aan de gemeenschap van groot belang. Niet alleen voor het individu maar ook voor de gemeenschap als geheel. Wanneer onze inwoners onderdeel zijn van een vitale gemeenschap, waar mensen elkaar kennen en helpen, dan kunnen veel problemen zelf opgelost worden. Ons verenigingsleven is ondenkbaar zonder de inzet van vrijwilligers en de ondersteuning van en zorg voor onze zwakste inwoners zou van een heel andere kwaliteit zijn zonder de belangeloze inzet van mantelzorgers en vrijwilligers. Overigens kunnen sommige activiteiten een volgende stap zijn naar betaald werk.
Bij het streven naar participatie voor allen past het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt: een arbeidsmarkt die plaats biedt voor jongeren en ouderen en voor mensen met en zonder beperking. Participatie via arbeid levert een krachtige bijdrage aan sociale, economische en financiële zelfstandigheid, versterkt het gevoel van eigenwaarde en levert een bijdrage aan de sociale cohesie en de economie.
De Participatiewet biedt tevens een financieel vangnet voor mensen die geen of onvoldoende middelen van bestaan hebben. Daarnaast is er gemeentelijk armoedebeleid, het sluitstuk van het financieel vangnet.

Begroot vs Realisatie
Lasten

begroot
€ 81.321
realisatie
€ 81.672
afwijking
€ -351 -0.4%

Begroot vs Realisatie
Baten

begroot
€ 48.507
realisatie
€ 48.574
afwijking
€ -67 -0.1%

Programmadoelstelling

Strategische doelen
Iedereen doet naar vermogen mee aan de samenleving en voorziet voor zover mogelijk zelf in het inkomen

Tactische doelen

  • WERK Het (naar vermogen) voorzien in eigen inkomen
  • PARTICIPATIE Het (naar vermogen) actief deelnemen aan de maatschappij

Iedereen doet naar vermogen mee aan de samenleving en voorziet zover mogelijk zelf in het inkomen
We willen bereiken dat iedereen naar vermogen meedoet in de samenleving en voor zover mogelijk zelf voorziet in zijn inkomen. Deelnemen aan de samenleving kan op verschillende manieren en op verschillende niveaus. De Participatieladder is een meetinstrument waarmee je kunt vaststellen in hoeverre iemand meedoet in de samenleving. De ladder is onderverdeeld in zes treden: van sociaal geïsoleerd tot werken zonder ondersteuning. Door een meting in de stadspeiling wordt de verdeling van alle Venlose inwoners over de Participatieladder zichtbaar.
Doelstelling 1 'het naar vermogen voorzien in eigen inkomen' heeft voornamelijk betrekking op trede 5 en 6. Doelstelling 2 'het naar vermogen actief deelnemen aan de maatschappij' heeft voornamelijk betrekking op trede 1 tot en met 4. Door een meting in de stadspeiling wordt zichtbaar of de mate van participatie is verhoogd.
Uit de stadspeiling 2017 blijkt dat 81% van de Venlose inwoners deelneemt aan de samenleving. Sinds de vorige stadspeiling is het aandeel gestegen. Om dit te bereiken zetten we de producten arbeidsparticipatie, maatschappelijke participatie, inkomensondersteuning en armoedebeleid in.

Indicator

JR 2016

JR 2017

2017

2018

2019

2020

Aandeel dat deelneemt in de samenleving door werk of andere maatschappelijke activiteiten (vrijwilligerswerk/ mantelzorg/ wederkerigheid)

77,00

81,00

79,00

80,00

81,00

82,00

Deze indicator is het percentage mensen dat deelneemt in de samenleving door werk of andere maatschappelijke activiteiten van het totale aantal inwoners in Venlo. De verwachting is dat door ontwikkelingen in Venlo (o.a. het werkgeversservicepunt, werkbedrijf en Huizen van de Wijk) en de economische ontwikkeling het aandeel dat deelneemt in de samenleving zal stijgen.

Doelen & Prestaties

Het (naar vermogen) voorzien in eigen inkomen
Bij het streven naar participatie voor allen past het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt: een arbeidsmarkt die plaats biedt voor jongeren en ouderen en voor mensen met en zonder beperking. Participatie via arbeid levert een krachtige bijdrage aan sociale, economische en financiële zelfstandigheid, versterkt het gevoel van eigenwaarde en levert een bijdrage aan de sociale cohesie en de economie.

De doelstelling wordt uitgewerkt in onderstaande twee onderdelen:

  • Het naar vermogen werken
  • Het naar vermogen voorzien in eigen inkomen

Het naar vermogen werken
Bij het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt richt het programma Participatie en Werkgelegenheid zich op de volgende onderdelen:

  • Van onderwijs naar werk
  • Van werk naar werk
  • Van uitkering naar werk
  • Werkgeversdienstverlening

Op deze vier onderdelen hebben we het volgende gedaan:

1. Van onderwijs naar werk
In het kader van de aanpak Jeugdwerkloosheid is en wordt er intensief samengewerkt met gemeenten, onderwijspartijen en UWV: Baanwijs. Baanwijs is een netwerkorganisatie in de regio Noord-Limburg tussen gemeenten, UWV, onderwijspartijen VSO (voortgezet speciaal onderwijs), PrO (praktijkonderwijs), ROC (regionaal opleidingscentrum) en AOC (agrarisch opleidingscentrum). De ambitie van Baanwijs is dat alle kwetsbare jongeren in de regio Noord Limburg naar vervolgonderwijs gaan, een werkplek, een passende dagbesteding hebben en behouden of in een toeleidingstraject zitten.
Het convenant Baanwijs is afgesloten voor de periode juli 2015 tot juli 2017. Medio 2017 is daarom een evaluatie uitgevoerd. Deelnemende scholen, gemeenten en UWV hebben op beleids-, management-, en uitvoeringsniveau kunnen aangeven wat de ervaringen zijn met Baanwijs en hebben een advies kunnen geven voor de toekomst hoe de brug van school naar werk in de regio Noord Limburg moet worden georganiseerd en uitgevoerd.
De belangrijkste conclusies uit de evaluatie zijn:

  • werken naar vermogen is leidend
  • persoonlijk leerlingenoverleg op school en warme overdracht naar gemeente is van belang
  • samenwerken in het netwerk van kwetsbare jongeren
  • houd de jongeren tijdens overgangsmomenten (van school naar werk) in beeld.

Eind 2016 is er een onderzoek gestart (met behulp van financiering van ZonMW. de hoofdvraag van het onderzoek was: Wat werkt effectief in het begeleiden van kwetsbare jongeren van school naar werk? Het onderzoek is in samenwerking met Berenschot uitgevoerd.
De uitkomsten van dit onderzoek zijn opgenomen in de handreiking ‘kwetsbare jongeren van school naar werk, de zeven succesfactoren’. De handreiking is onder andere opgesteld voor gemeenten en andere organisaties in Nederland voor het begeleiden van kwetsbare jongeren naar de arbeidsmarkt. De resultaten van dit onderzoek zijn eerder met de raad gedeeld (RIB nummer 17-059).
De uitkomsten van dit onderzoek zijn in een werkconferentie met betrokken partijen gedeeld. De uitkomsten worden meegenomen in het nieuw op te stellen convenant Baanwijs en zijn opgenomen in de actieagenda welke wordt uitgevoerd door zowel onderwijs als overheid.

Kwetsbare jongeren vinden we niet alleen bij het VSO, PrO en entreeonderwijs. Ook in het reguliere onderwijs treffen we jongeren aan die extra ondersteuning nodig hebben om mee te kunnen doen in onze maatschappij. Voor deze jongeren, tot 23 jaar, is er een actietafel opgezet. Hiervoor is de samenwerking opgezocht met een gedragswerker, Citaverde College, Gilde Opleidingen, RMC en het werkplein. Ook de ervaringen van Baanwijs worden ingebracht in het team. Om thuiszitten te voorkomen worden zij pro-actief begeleid naar werk of een andere zinvolle dagbesteding.

2. Van werk naar werk
In de ideale situatie gaan werknemers die werkloos dreigen te raken over van de ene naar de andere baan. In de fase tussen werkloosheidsdreiging en het ontslag is er van alles mogelijk om een overgang van werk naar werk te stimuleren.
Het Werkgeversservicepunt (WSP) heeft aandacht voor de overgang van werk naar werk. Het WSP voert als brede HR-gesprekspartner gesprekken met werkgevers, waar de strategische personeelsplanning en het HR-beleid ook onderdeel van uitmaken.

3. Van uitkering naar werk
In alle 35 arbeidsmarktregio’s waarin Nederland is ingedeeld, zijn Werkbedrijven ontstaan. Dit is een bestuurlijk samenwerkingsverband van sociale partners, gemeenten en UWV. Het bestuur van het Werkbedrijf Noord-Limburg is op 22 oktober 2015 aangesteld (door middel van het ondertekenen van een samenwerkingsovereenkomst). Het Werkbedrijf is een bestuurlijk netwerk dat de centrale spil vormt bij de arbeidsbemiddeling voor de doelgroep Banenafspraak uit het Sociaal Akkoord.
Het Werkbedrijf regio Noord-Limburg kiest voor een bredere opdracht en biedt dienstverlening aan alle werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt. De primaire focus ligt bij de meest kwetsbare doelgroepen.
Bij de Banenafspraak hebben het rijk en sociale partners afgesproken om tot 2026 125.000 extra banen te creëren voor mensen met een arbeidsbeperking. Hiervan worden 100.000 banen gecreëerd in de marktsector en 25.000 banen in de overheidssector. Dit zijn landelijke aantallen, er zijn geen doelstellingen per arbeidsmarktregio aangegeven. Het UWV publiceert op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Werkkamer sinds het derde kwartaal van 2015 een regionale trendrapportage banenafspraak. De rapportage die onlangs is verschenen, geeft de stand van zaken weer van eind derde kwartaal 2017. Het is een indicatie van de voortgang per arbeidsmarktregio. In Noord Limburg zijn 1.044 banen in de markt, 34 bij de overheid en 792 banen via uitzendcontracten/detacheringen gecreëerd. In totaal gaat het om 1.870 banen.
Het is de bedoeling dat de inwoners die onder de Participatiewet vallen een reguliere baan vinden, zo nodig met ondersteuning (bijvoorbeeld loonkostensubsidie). Vanuit het Werkplein zijn in het afgelopen jaar werkzoekenden begeleid richting de arbeidsmarkt.
Zo is het Aanvalsplan Venlo Werkt gepresenteerd. Binnen het Aanvalsplan staat het werken naar vermogen centraal. De kennis en kunde van werkzoekenden willen we direct bij hun aanmelding op een gestructureerde en methodisch verantwoorde wijze in beeld krijgen. Daarmee zijn we beter dan nu in staat in staat om met de werkzoekende gerichte vervolgstappen te ondernemen. Eind 2017 is een aanbesteding opgestart om een diagnose-instrument aan te schaffen. Het is de bedoeling om dit instrument nog in het eerste kwartaal van 2018 operationeel te hebben.
Ook zijn er meerdere projecten, die naast de begeleiding, er voor zorgen dat werkzoekenden makkelijker een baan vinden. Voor deze projecten worden zo veel mogelijk derde geldstromen ingezet zoals scholingsvouchers of ESF-middelen. Voorbeelden van deze projecten zijn werkgeversvragen via het WSP (zoals Bauhaus, ABC, Beej Benders, VDL et cetera). Daarnaast zijn er diverse (leer-werk)projecten gestart zoals het logistiek paspoort waar werkzoekenden opgeleid worden om als logistiek medewerker aan het werk te gaan. In de schilderbranche is een ander project gestart in samenwerking met VOS Company en Kloosterdorp Steyl. Deelnemers worden via het project opgeleid tot erkend schilder. Ze krijgen op deze manier werkervaring én hebben zicht op een baan. Tijdens het project ontvangen deelnemers een salaris en wordt hen op de werkvloer alles over het schildersvak bijgebracht.
We maken al enkele jaren gebruik van het scholingsfonds van de provincie. Dit is een subsidieregeling waarmee we uitkeringsgerechtigden (van gemeente en UWV) een vakgerichte opleiding kunnen bieden die nodig is voor een baan. In 2017 zijn 17 scholingsvouchers ingezet voor een totaalbedrag van ruim € 22.000. In 2017 konden de laatste vouchers van de 2e tranche ingezet worden. Eind 2017 is een nieuwe subsidieaanvraag ingediend voor een 3e tranche scholingsvouchers.
In 2017 zijn in 215 statushouders begeleid door coaches van het werkplein. Dit heeft in 67 gevallen geleid tot beëindiging van de uitkering. 36 statushouders zijn parttime aan het werk. In veel gevallen combineren zij werk met het volgen van inburgeringslessen.
De gemeente heeft Social Return on Investment (SROI) als beleidsuitgangspunt bij de inkoop van werken, diensten en leveringen. Ook wordt bij het verstrekken van subsidies een sociale paragraaf opgenomen in de subsidiebeschikking. Bij elke organisatie waar we inkopen of subsidie verstrekken wordt beoordeeld of we mensen kunnen plaatsen of een werkervaringsplek kunnen bieden. In 2017 hebben we 21 werkzoekenden een reguliere baan kunnen bieden, zijn 79 werkzoekenden gestart op een werkervaringsplaats en zijn er 2 leerlingwerkplekken bijgekomen. Het doel van de werkervaringsplaatsen is dat de deelnemer het CV met recente werkervaring kan invullen en daardoor een grotere kans heeft op betaald werk. Op dit moment stroomt ongeveer een derde deel van de deelnemers op een werkervaringsplaats uit naar een betaalde baan en blijft daardoor minimaal 1 jaar of langer uitkeringsonafhankelijk.
Belangrijke organisaties waar werkzoekenden geplaatst zijn, zijn de bibliotheek waar werkzoekenden de functie van gastvrouw/gastheer vervullen en iemand werkzaam is in de ICTen SV Blerick, VCH Blerick, Wieler en skate omgeving Herungerberg, SC Irene, SV Velden, Venlose Boys en VVV-03 waar diverse werkzoekenden werkzaamheden verrichten in het kader van facilitair en onderhoud. Ook bij Medipoint en Proteion zijn werkzoekenden in het kader van SROI werkzaam.

4. Werkgeversdienstverlening
In 2015 is het Werkgeversservicepunt Noord-Limburg van start gegaan en deze is daarmee de uitvoerende netwerkorganisatie waarin de zeven Noord-Limburgse gemeenten, UWV en de 3 Noord-Limburgse Sw-organisaties INTOS, NLW en WAA samenwerken. Partijen richten zich op het gezamenlijk professionaliseren van de werkgeversdienstverlening waarbij de vraag van de ondernemers centraal staat. De besluiten van het bestuur van het Werkbedrijf gelden als (beleidsmatig) kader voor de partijen die aangesloten zijn bij het Werkgeversservicepunt regio Noord-Limburg (WSP).

De resultaten van het WSP in 2017 zijn als volgt:

Uit de cijfers blijkt dat de contacten met de werkgevers ongeveer gelijk zijn aan de verwachting. Het aantal vacatures dat het WSP heeft behandeld is fors hoger en dat heeft ook geleid dor een hoger aantal vervulde vacatures.

Om de ambities te realiseren wordt er ingezet op de volgende activiteiten:

  • Accountmanagement
  • Verbinding van accountmanagement en werkzoekendendienstverlening
  • Transparantie arbeidsmarkt
  • Marketing en communicatie
  • Competentieontwikkeling accountmanagers
  • Aansturing WSP team

Het WSP in Noord-Limburg is met het opstellen van een jaarplan en het formuleren van gezamenlijke ambities een voorloper in Nederland.

Deze activiteiten hebben, naast de economische groei, bijgedragen aan een afname van het aantal niet werkende werkzoekenden in Venlo. Onderstaande grafiek laat zien hoe dit aantal zich in Venlo heeft ontwikkeld ten opzichte van de landelijke cijfers. (Bron: UWV)

Een belangrijk onderwerp dat niet direct past binnen een van deze vier deelgebieden is de ontwikkeling van de WAA. De omvorming van WAA van een multi MKB-bedrijf ( ingezet in 2104) naar een sociaal, duurzaam -detacheringsbedrijf is nagenoeg afgerond. Dit betekent dat de eigen activiteiten van de WAA inmiddels vrijwel allen vervreemd zijn, deels aan de gemeenten, deels aan het bedrijfsleven.
Met de overdracht van activiteiten zijn ook de SW-medewerkers meegegaan. WSW-medewerkers met een loonwaarde van 40% of meer, hebben een passende werkplek in het reguliere bedrijfsleven of bij de overheid. Medewerkers met een lagere loonwaarde werken in of vanuit het Huis van de Wijk (KanDoen). Voor deze laatste groep zijn wij als gemeente vanaf 1 januari 2018 verantwoordelijk. De verwachting is dat medio 2018 iedereen een plek heeft in de wijk.

Deze koers is dus inmiddels vrijwel volledig doorlopen. De financiële effecten worden inmiddels ook steeds duidelijker. Het bedrijfsresultaat van de WAA Groep is de laatste jaren aanzienlijk verbeterd, maar doordat de rijksoverheid de (voor de WAA en gemeenten niet-beïnvloedbaar) de rijksbijdrage verder afbouwt, daalt het tekort van de WAA als geheel niet in dezelfde mate. De financiële uitdaging blijft daarmee onverminderd aanwezig.

Onder andere als gevolg van het aangescherpte beleid, het gewogen inboeken van incidentele baten, meevallers op de frictiekosten-reserveringen, het prudente kostenverlagingsbeleid vanuit de WAA en de verbeterde bedrijfsresultaten, verwachten we dat de gemeentelijke bijdrage aan de WAA voor 2018 verlaagd zal kunnen worden ten opzichte van de oorspronkelijke begroting.

Als volgende stap wordt onderzocht of en hoe we de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en Participatiewet (Pw) binnen de gemeentelijke organisatie kunnen organiseren. Daarmee anticiperen we op de veranderingen die het Rijk richting Wsw inmiddels heeft doorgevoerd (op slot gezet voor nieuwe instroom, afbouw van subsidie voor zittende werknemers). Deze volgende zet is vertaald in het project WerkOntwikkelBedrijf Venlo. De bedoeling is dat dit project een Businessplan oplevert dat inzicht geeft in hoe de samenvoegde organisatie vorm en inhoud kan krijgen en financieel bestendig de toekomst in kan gaan.

Het (naar vermogen) actief deelnemen aan de maatschappij
Naast het hebben van betaald werk is maatschappelijke deelname aan de gemeenschap van groot belang. Niet alleen voor het individu maar ook voor de gemeenschap als geheel. Ons verenigingsleven is ondenkbaar zonder de inzet van vrijwilligers en de ondersteuning van en zorg voor onze zwakste inwoners zou van een heel andere kwaliteit zijn zonder de belangeloze inzet van mantelzorgers. Deze activiteiten kunnen ook een volgende stap zijn naar betaald werk.

Er is een dekkend netwerk Huizen van de Wijk gerealiseerd. Ontmoeten en ontplooien zijn twee belangrijke functies die in en door de wijk worden aangeboden om participatie te bevorderen. In de Huizen van de Wijk worden diverse activiteiten georganiseerd zoals de open inloop, eetpunten, repair café's en er zijn scootmobielpools. In een aantal Huizen van de Wijk is een KanDoen voorziening. KanDoen wordt ook deel op aparte locaties uitgevoerd. Al met al zijn er behoorlijk wat buurtbewoners actief in de Huizen van de Wijk.

KanDoen is een voorziening voor mensen met een ondersteuningsbehoefte op het gebied van werk en arbeidsmatige activiteiten. KanDoen wordt georganiseerd op locaties in de wijk en zoekt actief draagvlak in de wijk om op die manier iedereen naar vermogen mee te laten doen. Voor deze doelgroepen geldt dat erkend en herkend worden in de eigen wijk bijdraagt aan een gevoel van eigen waarde, gezondheid en welzijn.
KanDoen en de wijk zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De deelnemers van KanDoen kennen de wijk en zijn in staat om mee te doen in de wijk. KanDoen werkt samen met de wijk en de wijk investeert in KanDoen.

KanDoen staat open voor mensen vanuit de Participatiewet, voor mensen met een Wsw-indicatie, voor mensen met een behoefte aan arbeidsmatige activiteiten en voor geïnteresseerde wijkbewoners. KanDoen wordt ingezet als instrument door de coaches van het werkplein. Zij begeleiden actief werkzoekenden en stimuleren iedereen om zo veel mogelijk mee te doen in de samenleving.
Het KanDoenteam biedt deskundige coaching op maat van de wijk. In elk stadsdeel is een KanDoenteam actief.
Deelnemers boeken sociale en maatschappelijke vooruitgang op meerdere leefdomeinen, stijgen op de participatieladder of zijn in staat om hun huidige niveau van functioneren te behouden. Deelnemers van KanDoen stromen door binnen KanDoen, stromen uit naar vrijwilligerswerk, beschut werk buiten KanDoen of een reguliere baan.

KanDoen en de overige wijkvoorzieningen zoals het Sociaal Wijkteam, de Open Inloop en Informatie en Advies zijn met elkaar verbonden waardoor tijdig en adequaat signalen opgepakt worden en er alert wordt gereageerd op een gewijzigde ondersteuningsbehoefte.

In 2017 heeft de focus gelegen op de plaatsing van Wsw-medewerkers van NV WAA Groep naar KanDoen. Er zijn 69 medewerkers geplaatst waardoor eind 2017 145 Wsw-medewerkers bij KanDoen arbeidsmatig actief is. Drie belangrijke randvoorwaarden moesten worden ingevuld: passende begeleiding, passend werk en een passende locatie. De gemeente heeft een werkaanjager aangesteld waardoor het benodigde en passende werk is aangetrokken. In Tegelen is een derde aparte KanDoen-locatie geopend. Aan de professionele KanDoen-teams zijn medewerkers van NV WAA Groep en van team Werk toegevoegd.

Het volgende overzicht geeft een beeld van de activiteiten die plaatsvinden bij KanDoen. Niet elke KanDoen biedt dezelfde activiteiten. De aantallen kunnen daarom per stadsdeel een verschillend beeld geven. Ook kan een activiteit niet plaatsvinden in een bepaald stadsdeel.

Verder heeft het product veel raakvlakken met de producten van programma 4. Een meer uitgebreide rapportage over de thema's die vallen onder maatschappelijke participatie is te vinden in programma 4.

Op verzoek van uw raad hebben we in 2017 ingezet op het voorkomen en bestrijden van laaggeletterdheid in Venlo. In maart is het Aanvalsplan Laaggeletterdheid vastgesteld door het college. Dit plan bevat 4 actielijnen: draagvlak creëren, (h)erkennen en doorverwijzen, opleiden en onderhouden. In 2017 is de focus gelegd op de actielijnen draagvlak creëren, (h)erkennen en doorverwijzen en opleiden.
In samenwerking met de gemeente heeft de Stichting Lezen en Schrijven workshops georganiseerd voor collega’s van de verschillenden afdelingen om hen bewust te maken van de problematiek laaggeletterdheid, dit probleem te herkennen in hun contacten met burgers en bespreekbaar te maken. Zo zijn de coaches op het Werkplein getraind (jongerencoaches, klantadviseurs schuldhulpverlening en medewerkers PlanGroep), maar ook medewerkers sociale wijkteams , bewonersondersteuners en leerplicht- en RMC consulenten.
In het kader van de wet Taaleis (basiskennis van de Nederlandse taal voor bijstandsgerechtigden) zijn op de locatie van de bibliotheek workshops georganiseerd voor mensen met een bijstandsuitkering. Hierdoor is de drempel weggenomen om de stap naar het Taalhuis te zetten. Meteen na afloop van de workshop kon een afspraak gemaakt worden bij het Taalhuis.
In november 2016 is het Taalhuis gestart en in maart 2017 is het officieel geopend in de bibliotheek Venlo. Hier kan iedere inwoner van Venlo terecht met een vraag over taal, rekenen of digitale vaardigheden. Vrijwilligers zijn opgeleid om deskundige adviezen te geven over een passend taaltraject. Binnen het Taalhuis werken de organisaties samen die in Venlo actief zijn op het gebied van taalvaardigheden: de bibliotheek, Gilde Educatie, Groen Licht, GGD/JGZ, Wel.kom, Stichting Lezen en schrijven en de gemeente.
In november 2017 is er een Taalpunt geopend in Huis van de Wijk Boulevard Hazenkamp in Blerick waar wijkbewoners informatie en advies krijgen over taal, rekenen en computervaardigheden.
Tijdens de landelijke week van de analfabetisering/laaggeletterdheid begin september is in de het Stadskantoor en op het Werkplein een stand ingericht met allerlei informatiemateriaal over taalcursussen. Daarnaast werden er die week via Intranet ‘weetjes’ gepubliceerd over taal en was er een digitale taalquiz.
De financiële middelen voor bovengenoemde activiteiten zijn vrijgemaakt uit de bestaande budgetten voor volwasseneneducatie (WEB) en de subsidies aan de bibliotheek. Daarnaast is er personele inzet geleverd vanuit de gemeente om met name organisaties bij elkaar te brengen, zaken te coördineren en te regisseren en zo te komen tot een efficiënt functionerend netwerk in Venlo.
De wijziging van de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) in 2015 maakte het mogelijk bij andere organisaties taaltrajecten voor volwassenen in te kopen dan een ROC. De verplichte inkoop mocht in 3 jaar stapsgewijs afgebouwd worden. Vanaf 2018 zijn deze middelen vrij te besteden. In 2017 is een aanbesteding voorbereid waarbij in de arbeidsmarktregio Noord-Limburg is afgesproken dat 50% van het beschikbare WEB budget wordt besteed aan de inkoop van formele trajecten volwasseneneducatie die prioritair worden ingezet voor bijstandsgerechtigden en jongeren zonder startkwalificatie. Het betreft een afspraak tussen de gemeenten Venlo, Venray, Horst aan de Maas, Peel en Maas en Beesel. Inmiddels is bekend dat de formele taaltrajecten vanaf 2018 door Gilde Educatie worden uitgevoerd. De overige 50% van de WEB-middelen worden in Venlo ingezet voor het subsidiëren of inkopen van andere vormen van volwasseneneducatie. Dit betreft taal- en digitale vaardigheden bij de Bibliotheek, taal- en empowerment trajecten bij de stichting Groen Licht, taaltrajecten voor migranten bij bureau Educatie en korte intensieve trajecten bij de Volksuniversiteit. Ook de vele informele taalinitiatieven in de wijken worden ondersteund. De vrijwilligers die deze taalgroepjes begeleiden kunnen voor training en ondersteuning terecht bij de professionals van het Taalhuis.
We mogen concluderen dat er een aardig dekkend aanbod begint te ontstaan, zodat alle inwoners van Venlo met een taalvraag ergens terecht kunnen. Er is echter nog veel werk aan de winkel. Het vinden, motiveren en activeren van die burgers voor wie Nederlands de moedertaal is, maar die moeite hebben met lezen en schrijven, vormt de grootste uitdaging.

Het naar vermogen voorzien in eigen inkomen
Onder deze doelstelling valt één van de meest fundamentele taken van de gemeente. Het gaat om het bieden van een vangnet voor mensen die geen of onvoldoende middelen van bestaan hebben. Deze taak is wettelijk vastgelegd in de Participatiewet. Iemand moet zo kort mogelijk van de inkomens voorziening gebruik maken. We verwachten daarom dat de inwoner iets terug doet voor de ontvangen diensten en er alles aan doet om snel mogelijk een baan te vinden of op een andere manier voldoende middelen krijgt om in zijn bestaan te voorzien.

Voor het betalen van de uitkering ontvangen we een budget van het Rijk, het BUIG budget. Begin oktober 2017 is het budget voor 2017 definitief vastgesteld op € 44.878.251. Daarnaast is in december 2017 van het Rijk een voorschot van € 610.989 ontvangen vanwege verhoogde asielinstroom. Bij de Vorap was de verwachting dat dit budget niet toereikend zou zijn. Bij de Finrap is deze prognose in positieve zin bijgesteld. Op dat moment was nog niet bekend hoe hoog het voorschoot vanwege verhoogde asielinstroom zou zijn.
Uiteindelijk is het resultaat op inkomensondersteuning positief vanwege het ontvangen voorschot en het feit dat het bijstandsvolume zich gunstiger heeft ontwikkeld dan verwacht. Dit komt enerzijds door de economische ontwikkelingen in de regio waardoor het beroep op bijstand is afgenomen maar ook de inzet van het werkplein heeft zijn bijdrage geleverd. Na de zomerperiode is een start gemaakt met de uitvoering van het "Aanvalsplan Venlo Werkt". De recruitmentaanpak die de basis vormt van het aanvalsplan wordt geïmplementeerd. Dit heeft al effect gehad op de volume cijfers.
Volgens het CBS is het aantal bijstandsuitkeringen in 2017 gedaald met 1,25%. In Venlo is het bestand in 2017 gedaald met 3,02%. In 2017 hebben we niet te maken met een piek in de instroom als gevolg van de huisvesting van statushouders.

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 11 oktober 2017 bekend gemaakt dat het voorlopige BUIG budget 2018 voor de gemeente Venlo €44.934.567 bedraagt. Om de uitgaven aan uitkeringen te beperken is in oktober 2017 het "Aanvalsplan Venlo Werkt" vastgesteld. Het uitgangspunt van dit aanvalsplan is dat zo veel mogelijk werkzoekenden naar vermogen werken. In het aanvalsplan wordt beschreven hoe we dit willen bereiken. Er wordt periodiek gemonitord of de gestelde doelen worden bereikt.
In het aanvalsplan worden een drietal scenario's geschetst, een verwachte volume stijging van 5% op grond van prognoses van het rijk, de ambitie van het aanvalsplan om het volume met 2,5% te laten stijgen en de extra intensivering waarbij het volume met 150 uitkeringen extra daalt. Uitgaande van de huidige stand van zaken, levert dat de volgende volume ontwikkeling op:

Uitgaande van de gemiddelde kosten van een uitkering in 2017, is de verwachting dat de uitgaven binnen het budget blijven als het scenario zoals geschetst bij de extra intensivering (150 extra uitstroom) werkelijkheid wordt.

De ontwikkeling van het volume is niet de enige factor die een rol speelt bij deze verwachting. Ook het aantal mensen met parttime inkomsten speelt een rol. De flexibilisering op de arbeidsmarkt zorgt er voor dat de werkgelegenheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt steeds vaker uit parttime en tijdelijk werk bestaat. Een groeiende groep heeft bijstand als aanvulling op onregelmatige en lage inkomsten. We zien dat in Venlo relatief veel bijstandsgerechtigden een aanvullende uitkering bovenop hun inkomen nodig hebben.

Naast de wettelijke regelingen voor inkomensondersteuning bestaat het gemeentelijk armoedebeleid en de schuldhulpverlening. Dit is het sluitstuk van het gemeentelijk vangnet. Het armoedebeleid en schuldhulpverlening zijn erop gericht om armoede te bestrijden en te voorkomen. Hierdoor wordt meedoen in de samenleving makkelijker.

In mei 2015 is het (in co-creatie opgestelde) herijkte armoedebeleid aan de raad gepresenteerd en vervolgens door het college vastgesteld. De conclusie was dat het bestaande armoedebeleid nog voldeed, maar het is aangevuld met een zevental speerpunten:

  1. Eigen kracht en zelfredzaamheid
  2. Kinderen en armoede
  3. Preventie en schuldhulpverlening
  4. Netwerk
  5. Noodfonds in relatie tot bestaande fondsen
  6. Gezondheid en sport
  7. Sociale Wijkteams en Huizen van de Wijk

In navolging van het introduceren van het Kindpakket in 2016 hebben we het volgende ondernomen.

In de Week van het Geld (maart 2017) heeft de wethouder samen met een medewerker van de Rabobank een gastles gegeven op een basisschool waar ook een quiz over (zak)geld gespeeld werd.
In dezelfde periode is samen met de seniorenraad een boekje gemaakt genaamd "Seniorenpakket", waarin we alle regelingen op het gebied van inkomen en zorg voor gepensioneerden bij elkaar hebben gezet. Dit is door de wethouder gepresenteerd bij de KBO in Tegelen. Nu is dit document verbonden aan de sociale kaart van Venlo. Daarnaast is een flyer over dit pakket ontwikkeld en verspreid over de Huizen van de Wijk. Deze flyer wordt nog verder verspreid.

In samenwerking met het Jeugdsportfonds en Jeugdcultuurfonds is het netwerk van intermediairs vergroot. Ook is de samenwerking verstevigd.
Op dit moment werken we samen met 5 fondsen, zijnde Jeugdsportfonds, Jeugdcultuurfonds, Stichting Leergeld, Nationaal Fonds Kinderhulp en Stichting Jarige Job. Er is een boekje gemaakt waar alle regelingen die voor kinderen aangevraagd kunnen worden in vermeld staan met daarbij ook uitleg over de fondsen en de contactgegevens. Deze boekjes zijn verspreid over het gehele maatschappelijke veld.
Omdat Venlo een voorbeeld is voor de samenwerking tussen de fondsen onderling hebben we bezoek gehad van het landelijke ondersteuningsteam "Kansen voor alle kinderen".

Het project "NoCredit GameOver" was erg succesvol. "NoCredig GameOver" is een stadsspel voor jongeren van de 4e klas middelbare school. Ze hebben een schuld van € 1.400 en de opdracht is om deze schuld zo snel mogelijk op te lossen. De jongeren gaan vervolgens de stad in met een tablet met contactgegevens van diverse maatschappelijke organisaties. Wij hebben daarvoor een netwerk van partners (o.a. banken, uitzendbureaus, incassobureau, politie, schuldhulpmaatje, Humanitas, jongerenservicepunt, Mediamarkt) die hun medewerking verlenen aan dit project. De partners geven de jongeren geen oplossingen maar leggen keuzes voor. Afhankelijk van de gemaakte keuzes worden de schuld steeds lager.
Zowel de jongeren als de partners zijn enthousiast over dit project.

Ook is het project "Speaking Minds" in samenwerking met Save the children en Gilde Opleidingen uitgevoerd. In dit project zijn een dertigtal 2e jaars leerlingen aan de slag gegaan met de politiek rondom armoedebeleid. Zij hebben uitleg gekregen hoe politiek werk en hebben een tweetal vragen gekregen over armoede. Zij hebben interviews gehouden onder medeleerlingen en hebben hun adviezen gepresenteerd. Deze adviezen worden meegenomen in het nieuwe armoedebeleid.

Voor de collectieve zorgverzekering is een concessieovereenkomst gesloten met VGZ en er is een verordening in voorbereiding waarin 'uitsluitend recht' wordt geregeld voor VGZ. Op deze manier hoeven we de collectieve zorgverzekering niet aan te besteden en kunnen we een langere samenwerking met VGZ realiseren. Daardoor hebben we met VGZ voor 2018 al de volgende afspraken kunnen maken:

  • vroegsignalering, bij 2 maanden premieachterstand krijgen we een signaal
  • bij wanbetalers in samenhang met een schuldentraject zijn maatwerkoplossingen mogelijk
  • er is een leertuin met GGZ gestart waarbij coaches en behandelaren samenwerken. Er is aandacht voor het herkennen van een psychische stoornis of verslaving en de aanpak kan worden afgestemd.

Eind 2017 heeft onderzoeksbureau KWIZ het huidige armoedebeleid geëvalueerd. Daarbij is met name gekeken naar de effecten van de minimaregelingen op (arbeids)participatie. Ook is gekeken in hoeverre sprake is van een armoedeval. De evaluatie bestaat enerzijds uit een inkomenseffectrapportage en anderzijds uit een enquête onder Venlose minima. Het college en de raad worden op korte termijn geïnformeerd over de resultaten.

In januari 2017 is het vernieuwde kaderstellende beleidsplan "Een integrale aanpak schuldhulpverlening 2017-2020 vastgesteld. Met dit beleidsplan zijn de kaders vastgesteld die worden uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma. Het uitvoeringsprogramma is gereed en zal binnenkort worden vastgesteld door het college. Vanwege de financiële situatie in het sociaal domein zal voor 2018 worden ingezet op voortzetting van de wettelijke taak van schuldhulpverlening.
Ondanks een nog niet vastgesteld uitvoeringsprogramma heeft de uitvoering gewoon doorgelopen en konden inwoners bij de gemeente terecht voor ondersteuning bij financiële problemen.

De aanpak en werkwijze schuldhulpverlening is verder doorontwikkeld en we mogen concluderen dat er een goede kwaliteitsbodem is gelegd onder de integrale aanpak schuldhulpverlening in Venlo.
Schuldhulpverlening is in Venlo opgesplitst in twee fases. In de eerste fase komt een melding binnen bij de klantadviseurs schuldhulpverlening. De klantadviseur brengt de situatie in kaart en zorgt dat de cliënt waar nodig (andere) adequate hulpverlening krijgt. Indien nodig wordt budgetbeheer of bewindvoering opgestart. Door het inzetten van de klantadviseurs is het merendeel van de cliënten geholpen in deze eerste fase.
In de tweede fase wordt de schuldhulpverlening uitgevoerd door PlanGroep. PlanGroep wordt al sinds september 2009 ingehuurd om schuldhulpverlening te bieden aan burgers die financiële problemen hebben. Wanneer door de klantadviseur wordt ingeschat dat een schuldentraject een realistische kans slagen heeft wordt een cliënt doorverwezen naar PlanGroep.

Ook de samenwerking met budgetbeheeders en bewindvoerders is in 2017 verder doorontwikkeld. Na een evaluatie is de samenwerking in de vorm van een poule van bewindvoerders omgezet naar een (samenwerkings)convenant met bewindvoerders die aan gestelde kwaliteitseisen voldoen. We zetten met name in op de kwaliteit van de bewindvoerders en de samenwerking met de gemeente. Belangrijkste doel van het convenant is de samenwerking tussen schuldhulpverlening vanuit de gemeente en bewindvoerderskantoren in de verschillende fasen van beschermingsbewind (opstart, uitvoer, afbouw, uitstroom) nog beter op elkaar af te stemmen en daarmee de kosten voor Venlo te beperken.

In het kader van preventie van financiële problemen en schulden zijn er een aantal zaken voortgezet. De samenwerking (door middel van de in maart 2016 getekende intentieovereenkomst) met Antares, Woonwenz en Wonen Limburg in het kader van vroegsignalering van schulden en voorkomen van huisuitzettingen is in 2017 naar tevredenheid voortgezet. Datzelfde geldt ook voor de samenwerking met Water Maatschappij Limburg (WML) ter voorkoming van afsluiten van water.

Voor extra ondersteuning (naast de inzet van professionals) en preventie van financiële problemen en schulden is de subsidiëring van vrijwilligersorganisaties die met getrainde vrijwilligers werken in de schuldhulpverlening voortgezet (SchulpHulpMaatje (SHM) en Humanitas, project thuisadministratie). Beide organisaties hebben tevens speciale projecten ontwikkeld voor de aanpak van jongeren met financiële problemen en schulden.

Wederom zijn er in 2017 regelmatig workshops budgetteren aangeboden aan zowel jongeren als volwassenen die een aanvraag voor een uitkering hebben gedaan.
Het project "Moneywise" is in 2017 inhoudelijk voorbereid en kan begin 2018 van start gaan. Dit initiatief richt zich op statushouders die nog maar kort in Nederland zijn en niet op de hoogte zijn van de Nederlandse regels en gewoonten. De statushouders worden middels een training van 4 bijeenkomsten geïnformeerd over de kosten van levensonderhoud in Nederland en hoe zij kunnen voorkomen dat er financiële problemen ontstaan met als doel bewustwording en preventie.

Financiën

Programma 03: Participatie & werkgelegenheid

bedragen x €1.000

Begroting na wijziging 2017

Rekening
2017

%

Verschil

Baten

48.507

48.574

100%

67

Lasten

81.321

81.672

100%

-351

Saldo baten en lasten

-32.814

-33.098

101%

-284

Onttrekkingen aan reserves (baten)

708

135

19%

-573

Toevoegingen aan reserves (lasten)

632

796

126%

-164

Saldo verrekening met reserves

76

-661

-875%

-737

Totaal resultaat programma 03

-32.738

-33.759

103%

-1.021

Een nadere toelichting op bovenstaande tabel is opgenomen in hoofdstuk 4.1.3.